4 Basisuitgangspunten voor Waterberging in Levende Riviersystemen.
Niet rommelen in de rand veronderstelt een globale aanpak met:
1. allereerst ruimte voor de rivieren en herstel van de valleien over de ganse lengte en breedte met opheffing van de segmentering. Alleen zo kunnen de valleien piekberging op een verantwoorde manier realiseren en die niet volledig afwentelen op de enkele natuurgebieden met alle desastreuze gevolgen voor natuur en biodiversiteit.
2. Even cruciaal is het verhogen van wateropvang en -berging in de stedelijke en bebouwde omgeving die tezelfdertijd hitte-eilanden voorkomt, en een echt onthardingsbeleid.
3. Berging in de valleien vereist ook dat in heel het landelijk gebied de leem- en sedimenttoevoer verminderd wordt en dat de hydraulische ruwheid van het landschap verhoogd wordt om de afvoer van water en vooral ook van het sediment te vertragen. Dat betekent een groenblauwe dooradering van heel het agrarisch gebied met brede en robuuste bufferstroken rond de akkers die de afstroom van tonnen leemsediment naar wegen, bebouwde omgeving en de waterlopen verminderen. Nu wordt door deze sedimentstroom van ca. 60 à 90 kg sediment per m3 water de kwaliteit van de bodem aangetast, wordt schade veroorzaakt aan bebouwing en andere structuren, wordt de waterkwaliteit in heel het riviersysteem teruggedraaid en wordt een zware hypotheek van vervuiling en verstikking van fauna en flora gelegd bij de piekberging in de natuurgebieden in de valleien.
In plaats van te rommelen in de rand zouden bijvoorbeeld alle oude ruilverkavelingen een remake moeten krijgen om deze groenblauwe dooradering op een systematische manier door te voeren.
4. Ook van de vrijwaring van alle overstromingsgevoelige gebieden voor bebouwing en ophoging van percelen moet dringend werk gemaakt worden door een effectieve bouwstop in deze gebieden.
Overzicht van de publicaties rond robuuste valleien door NPOB: